dit staat geloof ik niet makkelijk toegankelijk op internet:
SCHRIJVERS & HET BOEKENVAK: Martin Michael Driessen
Hoe ervaren schrijvers de boekhandels, uitgevers en boekenvakorganisaties waar ze mee samenwerken? Deze week Martin Michael Driessen, winnaar van de ECI Literatuurprijs 2016 voor zijn novellebundel Rivieren. Hij droeg dit boek op aan de uitgever die hij kort geleden heeft verlaten.
Driessen (1954) had een lange carrière in het theater voor hij schrijver en vertaler werd. Hij debuteerde in 1999 met de roman Gars. Pas dertien jaar later volgde zijn tweede roman Vader van God. Voor Rivieren stapte Driessen over van Wereldbibliotheek naar Van Oorschot. Met succes – hij won voor deze bundel zowel de ECI Literatuurprijs van de lezers als van de jury. ‘Rivieren is een boek van een ingetogen grootheid, met schitterende beeldende zinnen en een onbestemde dreiging, en tegelijkertijd van een weldadige tijdloosheid’, aldus de jury.
Beschouwt u de ECI Literatuurprijs als uw doorbraak als schrijver? En wat is dan belangrijker: de juryprijs of de lezersprijs?
‘De prijs betekent, denk en hoop ik, de doorbraak bij een veel groter lezerspubliek dan ik tot nog toe had. Het betekent erkenning en aandacht, en is tevens een bevestiging voor de mensen die altijd al in mijn werk hebben geloofd, zoals de recensenten Herman Jacobs en Sonja de Jong. Dat ik allebei de prijzen gewonnen heb en zogezegd zowel congres als senaat achter me staan, is natuurlijk fenomenaal. De lezersprijs is me ontzettend dierbaar omdat ik die (naast de prestigieuze ‘grote prijs’) als een bijzonder blijk van liefde voor mijn boek ervaar.’
Waarom maakte u – relatief laat – de overstap naar de literatuur? Had u het idee hierin succesvoller te kunnen zijn, zoals deze prijs bewijst?
‘Het verlangen naar succes speelt geen enkele rol in mijn schrijverschap. Het heeft geen invloed op wat ik schrijf, en dat wil ik om elke prijs zo houden. In het theater was dat welbeschouwd niet anders, hoewel succes daar natuurlijk een sine qua non is om door te mogen werken… maar ook als regisseur ging het mij erom verhalen te mogen vertellen – in dat geval met behulp van vele, soms honderden mede-kunstenaars. Als schrijver ben je alleen. Dat is denk ik ook de reden voor de overstap: ik wil geen interferentie, geen ruis, geen afleiding, geen mogelijk excuus voor alles wat niet volmaakt is.’
Uw uitgever Mark Pieters zei na de toekenning van de prijs „minimaal 25.000 tot 30.000 exemplaren” van Rivieren te kunnen verkopen. Houdt u daar ook rekening mee?
‘Geen idee. Ik ben niet erg mercantiel ingesteld. Maar ik hoop het van harte, voor Van Oorschot en voor mezelf.’
Wat is tot nu toe uw best verkopende boek?
‘Dat is denk ik Vader van God. Dat had drie drukken en wordt nu opnieuw uitgebracht door Wereldbibliotheek, in een prachtig vormgegeven midprice uitgave. Ik hoop vurig dat ook mijn andere boeken een herkansing krijgen – mijn woeste eersteling Gars, de novelle Een ware held, en het volgens mij schromelijk onderschatte Lizzie uit 2014, de breed opgezette roman over liefde en kunst die ik samen met Liesbeth Lagemaat schreef.’
Is Rivieren geschikt voor een groot publiek?
‘Ja. Ik denk dat het in wezen een toegankelijk boek is, omdat het over de diepste menselijke drijfveren gaat in de vorm van spannend vertelde verhalen – ook als niet elke lezer de vele literaire verwijzingen herkent. De melodieën van een Mozart of een Verdi werden per slot ook zowel aan de hoftheaters gespeeld als op straat gefloten… Het kan allebei en sluit elkaar niet uit, mits het werk een intrinsieke schoonheid heeft.’
Hoe kijkt u terug op de ontvangst van het boek door de boekhandel tot nu toe?
‘Met groot respect en met dankbaarheid. Volgens mij is het succes van mijn boek voor een groot deel te danken aan hun inzet.’
Waarom is uw boek opgedragen aan Koen van Gulik, de uitgever van Wereldbibliotheek – terwijl u zelf voor dit boek bent overgestapt naar Van Oorschot?
‘Deze vraag is mij natuurlijk de laatste weken heel vaak gesteld. Koen van Gulik zelf – zo trots als hij is op die opdracht – meent dat het telkens weer beantwoorden ervan afleidt van het boek zelf, en dat ik er eigenlijk voortaan niet meer op in zou moeten gaan… Dat zegt iets over het formaat van deze man. Zijn liefde voor de literatuur is zo groot dat hij mij uit zichzelf heeft aangeraden over te stappen naar een andere uitgeverij, omdat hij onderkende dat een hechte persoonlijke vriendschap als de onze niet compatibel is met de rollen van uitgever en auteur. Waarbij hij zich tegelijkertijd onvermoeibaar blijft inzetten voor mijn eerdere titels.’
Speelde bij de overstap ook een rol dat Wereldbibliotheek werd overgenomen door Nieuw Amsterdam? Is Wereldbibliotheek nu een fundamenteel andere uitgeverij dan Van Oorschot?
‘Ik zie geen direct verband. Het is wel zo dat Van Oorschot is wat Wereldbibliotheek was: een onafhankelijke uitgeverij. Ik maak er geen geheim van dat ik als auteur een aversie heb tegen grote, gelikte bedrijven met enorme anonieme back-offices – ook als ze wat promotie betreft misschien over grotere middelen beschikken. Voor mij is de directe, intensieve en consistente samenwerking met een kleine groep toegewijde mensen die in mijn en hun belang de allerhoogste eisen stellen onmisbaar. Zo’n samenwerking had ik met Koen van Gulik en Koos Hageraats bij Wereldbibliotheek. Nu heb ik die met Mark Pieters, Menno Hartman en Merijn de Boer bij Van Oorschot. Zo hoort het te zijn. Ik hoop dat Wereldbibliotheek binnen het enorme concern waarvan zij nu deel uitmaakt de grootst denkbare vrijheid krijgt om de kwaliteit van dat prachtige fonds te handhaven.’
Loopt het werk aan een volgend boek nu vertraging op? Ik kan me voorstellen dat er sinds donderdagavond heel wat op u af is gekomen.
‘Ja! De tijd die ik nodig heb om uw vragen te beantwoorden had ik anders wellicht besteed aan twee nieuwe alinea’s van mijn volgende roman, De pelikaan… Maar ik beklaag me natuurlijk niet. Veel interviews en verzoeken om optredens. De boekhandelaren die zich zo enorm voor Rivieren hebben ingezet, kunnen te allen tijde een beroep op mij doen, ook zonder honorarium. Zoals Maartje Swillen van Boekarest in Leuven, Dick Anbeek van De Drvkkery in Middelburg, en Daan Welboren van Nauta Boek in Den Burg.’